Showing posts with label controlewoningen. Show all posts
Showing posts with label controlewoningen. Show all posts

Wednesday, 23 September 2020

Verkeersagent, een gevaarlijk beroep

Vandaag 88 jaar geleden stierf een Haagse verkeersagent als gevolg van relletjes op Prinsjesdag 1932. Dat is nou niet een gebeurtenis die de geschiedenisboeken heeft gehaald maar wel de website van Historiek. Daar wordt o.a. gememoreerd dat demonstrerende communisten slaags raakten met de politie waarbij verkeersagent H. Baars om het leven kwam. Bij Historiek was er nog wat onduidelijkheid over zijn naam. Het kon ook nog Baas zijn, daarover waren de bronnen het niet eens. Maar los daarvan, de suggestie in de intro is duidelijk, de demonstraties hebben iets met de dood van Baars te maken. Maar dat ligt iets genuanceerder.

In 1911 gaf de gemeente Den Haag, kennelijk voor de eerste keer op Prinsjesdag, toestemming om voor het algemeen kiesrecht te demonstreren. Sinds die tijd staat deze dag bekend als "Roode Dinsdag". Ook op 20 september 1932 was er volop politieke strijd. Honderden communisten hadden in het gebouw van Kunsten & Wetenschappen vergaderd en wilden vervolgens oprukken naar het Binnenhof. Dat kon natuurlijk niet getolereerd worden, dus de politie, kennelijk in grote getalen aanwezig, probeerde daar een stokje voor steken. De stokjes van de politie bestonden in die tijd o.m. uit de blanke sabel. Daar werd ruim gebruik van gemaakt. Zo ook van de gummilat en er werd zelfs geschoten. 

Een aantal citaten uit Het Vaderland van 21 september.

"Een lange sliert van communisten begaf zich op weg [vanaf de Zwarteweg/Muzenstraat] via de Heeren-gracht en het Plein naar het Binnenhof, kennelijk met de bedoeling om het Binnenhof op te trekken. De dubbelpost voor de ingang riep "Halt!" en gaf het bevel rechtsomkeert te maken. Toen daaraan niet onmid-dellijk voldaan werd, gingen de sabels uit de scheede en meteen zwermde uit de poort een detachement van twintig agenten in uniform, die de sabel trokken en een aantal rechercheurs, die al loopend hun gummistok te voorschijn haalden. [.....] Wie zich niet gauw genoeg uit de voeten maakte, kreeg het met de agenten te kwaad. Er zijn harde klappen uitgedeeld. [.....] De verkeersagent op de brug van de Heerengracht bleef rustig het verkeer regelen. Juist toen hij de armen uitspreidde kreeg hij een snee met een mes in de borst. [.....] De verkeersagent, die op de Heerengracht onverhoeds gestoken is, blijkt te zijn agent Baars, die twaalf jaar dienst doet bij de Verkeers-brigade. Hij heeft een diepe en breede wond in de hartstreek. Zijn toestand is niet zonder gevaar. De commissaris [.....] verzoekt eventueele getuigen [.....] zich bij hem te vervoegen. Naar wij gisteravond laat bij informatie vernamen is de toestand van de agent Baars (zie tekening*) zoo ernstig, dat men het noodig heeft geoordeeld de familie te waarschuwen. Men vreest voor zijn leven."

Omdat er bij Historiek twijfel is over de naam van de neergestoken politieagent, moet daar eerst maar eens helderheid over komen. Neergestoken worden is één ding, maar dan ook nog met de verkeerde naam in de krant komen, dat kan natuurlijk niet. 

Het meest eenvoudig is om in de burgerlijke stand te kijken en de geboorteakte op te zoeken. Omdat in de kranten de leeftijd van Baars of Baas vermeld wordt en ook zijn voorletter bekend is, levert het vinden van de juiste akte niet zoveel problemen op.

Geboorteakte van Hendrik Baas geb. te Huizen (NH) 23-6-1893

Vergelijking van deze akte met de akte van overlijden geeft de bevestiging dat dit de juiste akte is. En daarmee staat vast dat de neergestoken agent Baas heet, en geen Baars. Tot mijn verrassing is Baas afkomstig uit Huizen in het Gooi, een plaats waar ik nog ruim een jaar heb gewoond.
De familie Baas zit al een paar generaties in de vis maar met de afsluiting van de Zuiderzee, ook in 1932, ziet de toekomst van die sector er niet goed uit. Misschien is Hendrik om die reden bij de politie gegaan. Maar om het goed te maken is hij wel getrouwd met de dochter van een Scheveningse visser.

Fragmentgenealogie Baas

Generatie I

I.              Hendrik Baas, geb. te Huizen op 9 aug 1832, N.H, winkelier, ovl. te Huizen op 15 feb 1899, tr. te Huizen op 10 jun 1860 met Dirkje Wiesenekker, geb. te Huizen op 15 okt 1834, ovl. te Huizen op 10 mrt 1903. Uit dit huwelijk:

1.              Jan, geb. te Huizen op 15 nov 1869, ovl. te Huizen op 1 jul 1895, volgt II.

 Generatie II

II.             Jan Baas, zn. van Hendrik Baas (I) en Dirkje Wiesenekker, geb. te Huizen op 15 nov 1869, vischventer, winkelier, ovl. te Huizen op 1 jul 1895, tr. te Huizen op 11 mrt 1893 met Tijmentje Savert, dr. van Fredrik Savert (vischventer) en Jannetje Ruiter, geb. te Huizen op 7 nov 1869, ovl. na 1 jul 1895. Uit dit huwelijk:

1.              Hendrik, geb. te Huizen op 23 jun 1893, ovl. te 's‑Gravenhage op 23 sep 1932, volgt III.

 Generatie III

III.           Hendrik Baas, zn. van Jan Baas (II) en Tijmentje Savert, geb. te Huizen op 23 jun 1893, agent van politie, ovl. te 's‑Gravenhage op 23 sep 1932, begr. te 's‑Gravenhage op 27 sep 1932, tr. te 's‑Gravenhage op 7 mrt 1923 met Jacoba Harteveld, dr. van Dirk Jacobus Harteveld (visscher) en Jacoba Harteveld, geb. te Scheveningen op 23 jan 1898. Uit dit huwelijk:

1.              Hendrik Jan (Henkie), geb. te 's‑Gravenhage op 3 feb 1924.

Zoals al eerder in de krant gemeld, gaat het niet goed met Hendrik. Voordat hij komt te overlijden. verschijnen er nog wel berichten dat hij, bij een confrontatie in het ziekenhuis, de dader heeft aangewezen. Op 23 september, drie dagen na het incident, overlijdt hij. De familie plaatst deze rouwadvertentie in de krant.


Het is dan nog niet duidelijk dat de begrafenis van Baas enorme proporties zal aannemen. Of we dat, door de bril van heden, moeten zien als een signaal van de autoriteiten richting het (communistische) volk, ik weet het niet maar het zou best kunnen. De communisten zelf waren in ieder geval die mening wel toegedaan. 
Op de zondag voor de begrafenis wordt Baas in tenminste drie protestantse kerken herdacht. Zonder overdrijving kan gesteld worden dat duizenden mensen op de een of andere wijze getuige zijn geweest van de teraardebestelling met korpseer van Hendrik. Uit het hele land stromen op 27 september (30) politiedeputaties toe, wel 1600 man. Langs de route, die via het Hoofdbureau gaat, staan nog eens "ettelijke duizenden belangstellenden". In de stoet (zie foto hieronder***) twee politiemuziekkorpsen en vertegenwoordigers van de Koninklijke Marechaussée, de Rijksveldwacht en onderdelen van leger en marine. Ook aan bloemkransen (meer dan 40), notabelen en sprekers geen gebrek. 
Voorafgaand aan de begrafenis heeft de Haagse hoofdcommissaris Francois van 't Sant 'een bezoek van rouwbeklag' gebracht aan de weduwe. Dat deed hij uit naam van Koningin Wilhelmina.**

De stoet op de Kranenburgweg bij de Nieboerweg

In alle krantenartikelen worden de weduwe van Hendrik en kleine Henkie met geen woord genoemd. Je vraagt je af hoe dit ongetwijfeld imponerende, imposante geheel op hen is overgekomen.

Met de begrafenis is er nog geen eind gekomen aan deze geschiedenis, ook niet voor de weduwe. In de gemeenteraad vinden verhitte discussies plaats over de achterstelling van communisten (door de politie) en de bescherming van fascisten van de Nationale Unie. In de pers wordt gesproken over de moordaanslag op agent Baas terwijl ook de verdachte niet alleen met zijn initialen wordt genoemd maar ook voluit: J. van Bohemen (Hof van Delft, * 10 augustus 1890) met zijn leeftijd erbij.
Op 9 februari 1933 dient de zaak tegen de "sluipmoordenaar" voor de rechtbank aan het Lange Voorhout. Er is een demonstratie gepland door Internationale Roode Hulp, een aan de communisten gelieerde organisatie. De dagvaarding luidt primair dat Van B. opzettelijk heeft geprobeerd agent Baas van het leven te beroven. Er zijn acht getuigen à charge en negen à décharge. Volgens de journalist van Het Vaderland, maakt de verdachte "een zeer vrijmoedigen, om niet te zeggen brutalen indruk." De getuigen à charge zijn weinig consistent in hun uitspraken terwijl de getuigen à décharge de verdachte niet of onvoldoen-de herkennen. De wat onduidelijke verklaring van een politiecommissaris, aanwezig bij de identificatie van de verdachte door agent Baars in het zieken-huis, wordt door de verdediging geheel gefileerd. Niettemin eist de Officier van Justitie 15 jaar wegens doodslag en vraagt de verdediging vrijspraak. Tot vreugde van de aanwezigen op de tribune besluit de rechtbank de verdachte onmiddellijk in vrijheid te stellen wegens gebrek aan bewijs. Zij zal op 23 februari uitspraak doen. Naar aanleiding daarvan gaat de Officier in hoger beroep dat dient voor het hof op 27 mei en 9 juni 1933.
Gesteund door een nieuwe getuige, die verdachte heeft herkend en hem ook al eerder had ontmoet bij de Haagse controlewoningen****, komt de Officier nu tot een eis van 12 jaar. Voordat de pleidooien beginnen verrast de president de aanwezigen met de mededeling dat hij de situatie ter plaatse wil bekijken. Zo gezegd, zo gedaan, het gezelschap gaat naar het wachthuisje van de Blauwe Tram bij de Boschbrug***** en na een half uur is men weer terug (sic). Het pleidooi van de advocaten eindigt wederom in een verzoek om vrijspraak bij gebrek aan wettig en overtuigend bewijs. Op 21 juni wijst het Hof overeenkomstig vonnis, Johannes van Bohemen wordt vrijgesproken.


In augustus 1933 verzoekt Johannes om schadeloosstelling. Hij heeft per slot van rekening vastgezeten als verdachte van doodslag (in de krant heet dat nog steeds 'moord'). Maar zijn verzoek wordt 'niet ontvankelijk' verklaard. In mijn niet-juridische ogen een wat merkwaardige uitspraak omdat Van Bohemen de direkt betrokken partij in deze procedure was. Maar ja, er zullen nog meer juridische redenen zijn voor een niet-ontvankelijkverklaring.
Ook blijft natuurlijk de vraag hangen dat, wanneer Johannes niet de dader is geweest, wie het dan wel gedaan heeft. Maar van enig politie-onderzoek daar-naar heb ik niets kunnen vinden.
Een jaar na de dood van Hendrik Baas legt een deputatie van de politie nog een krans op zijn graf. En dat was dan de historie van een eerzame verkeersagent. Het kan verkeren...
Duidelijk is dat Baas niet aktief heeft deelgenomen aan het herstellen van de openbare orde, zoals dat zo mooi heet. In ieder geval gaat hij nu onder zijn eigen naam de geschiedenis in. En dat was de aanleiding om dit blog te schrijven.

* Tekening overgenomen uit de Haagsche Courant van 23-9-1932
** Deze vertrouwensman van Wilhelmina had ook als taak de affaires van haar man uit de wereld te helpen. Tijdens de oorlog was hij in Londen haar particulier secretaris en hoofd van de Nederlandse geheime dienst.
*** Foto overgenomen uit de Haagsche Courant van 27-9-1932
**** Tot 1 november 1927 is Andreas Miebies daar directeur van geweest. Zou hij Van Bohemen gekend hebben?
***** Dat was in de buurt van de Hertenkamp.


Thursday, 1 September 2011

Biografie Andreas Miebies


Andreas Miebies (Den Haag, 7 april 1883) is de jongste zoon van Johannes Frederikus Miebies (1843-1919) en Wilhelmina Hoksteen (1842-1917). Het echtpaar krijgt in totaal vier jongens en een meisje. Zijn vader is apothekersbediende (bij een apotheek op de Prinsengracht hoek Grote Markt in Den Haag), het zal dus thuis geen vetpot zijn geweest. Later komt er een winkel in manufacturen. Het jonge gezin woont aan de toenmalige rand van de Haagse bebouwde kom, nu midden in de stad, aan de Hoefkade, in de Jan Steenstraat en de Rembrandtstraat. Later trekken ze meer naar het westen van de stad, naar de De Gheijnstraat en de Regentesselaan. Die laatste twee adressen bevonden zich al in een wat "betere buurt".

Andreas trouwt in Den Haag op 15 augustus 1913 op 30-jarige leeftijd met de 33-jarige handwerkonderwijzeres der 1e klasse Lena Bakker (Heenvliet 18-10-1880 - 's-Gravenhage 31-12-1958). Ze krijgen vier kinderen, drie jongens en een meisje. De huwelijksreis gaat helemaal naar Valkenburg (L).
Een overvloed aan beschikbare huurhuizen zorgt er in de periode na de Eerste Wereldoorlog voor dat mensen met enige regelmaat verhuizen. Andreas en zijn familie vormen daarop geen uitzondering. Huisbazen lokken huurders met een nieuw behangetje of een voorraadje kolen (voor de kachel). In de loop der jaren wonen ze in de Cartesiusstraat (1913), de Sneeuwbalstraat (1920), de Scholstraat op Scheveningen (1922), de Celebesstraat (1923), de Ieplaan (1925), de Goudenregenstraat (1931) en de Noordwijkselaan op Kijkduin (1936), allemaal in Den Haag met één uitstapje naar Rijswijk (Ieplaan). Het is overigens niet uitgesloten dat sommige verhuizingen worden ingegeven door zijn allengs beter wordende positie op de maatschappelijke ladder.

Op zeker moment verwerft Dré, zoals hij door zijn vrouw genoemd wordt, de status van ambtenaar bij de gemeente 's-Gravenhage. Hij is daar als klerk werkzaam bij de Sociale Dienst. Daarnaast, soms qualitate qua, is hij aktief in het jongerenwerk.
Er zijn vage verhalen dat hij, voordat hij ambtenaar wordt, bij een notaris werkzaam is geweest.

In de periode 1921-1923 worden de zogenoemde controlewoningen, ook wel bekend onder de naam 'Delpratwoningen', gebouwd aan de Fruitweg. Tot 1938 worden hier asociale gezinnen onder toezicht geplaatst om heropgevoed te worden. De herop-voeding houdt ook in dat er een verplicht tweewekelijks bezoek aan het badhuis moet worden gebracht. Bezoekers van de controlewoningen moeten zich bij een toezichthouder melden.
De woningen liggen aan de toenmalige rand van de Haagse bebouwde kom, achter de Parallelweg. Andreas treedt, als ambtenaar van de Sociale Dienst, op als directeur van deze woningen. Hij kan daar smakelijk over vertellen bv. over de keer dat een woedende bewoner tijdens het spreekuur een indrukwekkend mes met kracht in het blad van zijn bureau steekt.
In de Haagse telefoongids van 1927 staat Andreas genoemd als "Dir. Controle Woningen". Hij is bereikbaar onder telefoonnummer 18068. Het hebben van een telefoon moet in die dagen toch nog wel als een bijzonderheid zijn gezien.
Het gezin Miebies-Bakker op 15-8-1938 bij het zilveren huwelijksjubileum. Locatie: het huis in Kijkduin.
Staand v.l.n.r. Cornelis Johannes (Kees), Andreas (Dré), Johannes Cornelis (Jan), zittend v.l.n.r. Piet, Lena, Willemina Maria (Miep)
Op 30-9-1924 doet hij het woord bij een afscheid van een CJMV-er. De CJMV was de Christelijke Jonge Mannen Vereniging. Op 14-2-1931 treedt hij op als afgevaardigde van het CJMV-bestuur. In 1934 is hij algeheel leider van de CJMV in Den Haag. Ook zijn jongste zoon Piet (1924-2001) was een zeer gewaardeerd lid van deze organisatie.
Op 15-5-1926 wordt hij lid van een voorlopig comite voor de oprichting van een doorgangshuis voor jongens. Het zou moeten komen bij het politiebureau aan de Riviervischmarkt en o.a. mogelijkheden geven om te kunnen sjoelbakken, dammen, schaken en timmeren...
Als directeur van de controlewoningen, wordt hij op 4 februari 1927 lid van een comite voor sociaal werk onder de kinderen der controlewoningen.
Op 28 april 1927 wordt hij als bestuurslid gekozen van de vereniging Pro Juventute. Die vereniging(en), eind negentiende eeuw opgericht en gefinancierd door particulieren, had(den) als doel de jeugd-criminaliteit te bestrijden. Leden van de verenigingen verleenden rechtsbijstand aan delinquente kinderen en hulp aan de ouders van deze kinderen. Het zijn de eerste instellingen voor (gezins-)voogdij en organisaties voor vrijwillige ambulante jeugdzorg. Hij wordt als bestuurslid herkozen op 21-5-1930 en treedt op 57-jarige leeftijd op 19-4-1939 af.
Vermoedelijk rond midden 1928 krijgt hij ontslag als directeur van de controlewoningen en is hij zo'n driekwart jaar werkloos. Daarna, op 23 maart 1929, midden in de crisis, wordt hij benoemd tot "leider eener niet-vakafdeeling bij de Gemeentelijke Arbeidsbeurs".
In 1930 heeft hij weer een andere functie. Als "leider der afd. Jeugdbemiddeling van de Gemeentelijke Arbeidsbeurs" houdt Andreas op 21 januari een toespraak voor de onderofficiers-vereniging Ons Belang met als onderwerp "Typen uit den zelfkant der Maatschappij". Hier put hij kennelijk uit zijn ervaringen opgedaan als directeur van de controlewoningen.
Op en na 10 mei 1940 breken er gevechten uit op het nabij Kijkduin gelegen vliegveld Ockenburg. Duitse jagers voeren beschietingen uit, kennelijk niet al te nauwkeurig want Andreas vindt een kogel in zijn hoofdkussen! Of die er tijdens zijn slaap in terecht is gekomen, is niet duidelijk.
Op 1 mei 1942 wordt de kuststrook, dus ook Kijkduin, tot spergebied verklaard. De bewoners van de Noordwijkselaan dienen dus elders hun heil (sic) te zoeken. Dat heil vinden ze in de vruchtenbuurt, op een bovenhuis in de Sinaasappelstraat.
Zo'n drie weken na het eind van de oorlog, krijgen Andreas en zijn vrouw het bericht dat hun oudste zoon Johannes Cornelis (*1914), heel kort voor de bevrijding voor het vuurpeloton is gevallen.
Als kleinkind van Andreas heb ik weinig zij het goede herinneringen aan hem. Hij vermaakte mijn broertje en mij altijd met allerlei goocheltrucs.
Zijn laatste dagen heeft hij, samen met zijn vrouw, doorgebracht in het gemeentelijk bejaardenhuis aan de Morsestraat. Zijn tweede zoon, Cornelis Johannes (1916-1996), ook werkzaam bij de Haagse Sociale Dienst, is daar dan de directeur.
Hij (Andreas) is overleden op 22 december 1957 en begraven op 27e d.o.v. op de Alg. Begraafplaats 'Westduin' aan de toenmalige Kijkduinsestraat (nu: Ockenburghstraat) te Loosduinen. Het graf, waar sinds 3 januari 1959 ook zijn vrouw ligt, is daar nog steeds.
Deze biografie is eerder gepubliceerd en wel op 19 maart 2011 op de website van de NGV.

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...