Conscription during WWI and who are they?
For a summary in English please see after the Dutch text
Mijn grootvader Andreas Miebies, is geboren op 7 april 1882 in Den Haag of 's-Gravenhage zoals de officiële naam luidt. Dat betekende in die dagen dat je op je 20e de dienstplicht moest vervullen. Niet iedereen hoefde in dienst want er werd geloot. Op 10 maart 1903 kreeg opa lotnummer 754 toegewezen en dat was ook meteen bingo want op 12 mei 1903 mocht hij zich in werkelijke dienst melden bij het Regiment Grenadiers en Jagers. Volgens zijn inschrijving in het stamboek (nr. 66074) was hij 1 meter 64 lang, zo'n beetje de gemiddelde lengte voor dienstplichtigen in die periode.
Voordat ik verder ga, eerst nog een opmerking over dat stamboeknummer (het heeft hier niks met vee te maken :-). Ik had het idee dat de militair gedurende zijn hele diensttijd hetzelfde nummer hield. Dat blijkt niet zo te zijn. Uit onderstaande loopbaanstaat wordt duidelijk dat wanneer Andreas naar een ander onderdeel wordt overgeplaatst, ook het stamboeknummer verandert. Mijn misverstand vindt waarschijnlijk z'n oorsprong in het zogenoemde registratienummer. Mijn vader, die voor het eerst opkwam in 1934, had nummer 14.08.03.030. Dat was zijn geboortedatum plus een volgnummer. Kennelijk is dat ergens in de 20-er jaren ingevoerd, de exacte datum heb ik niet kunnen achterhalen, ook niet via ChatGPT ... In ieder geval blijft dàt nummer tijdens de hele militaire carrière ongewijzigd.
Al met al is Andreas tijdens de periode 1903-1919 ruim 2,5 jaar in werkelijke dienst geweest. Dat is allemaal leuke wetenschap. Nog leuker is dat er een foto van hem, als sergeant, en zijn manschappen bewaard is gebleven. Het origineel is een sepia afdruk maar voor de gelegenheid is dit een digitaal geretoucheerd* en ingekleurd exemplaar. Dat geeft toch wat meer diepte.
47e bataljon landweer infanterie, district 's-Gravenhage click to enlarge |
Om wat meer over de uniformen op deze foto te weten te komen, heb ik mij tot het Legermuseum gewend. Van hen kreeg ik de volgende informatie.
"De foto is genomen na maart 1916, toen werd de kepie [pet] ingevoerd in het leger. De in het midden staande [5] en liggende [11] figuur dragen deze. Het is een sectie van het bataljon Landweer - Infanterie (Jagers No 47**) met als standplaats Den Haag. Er waren 44 districten en 2 bataljons Grenadiers (3 en 32) en 2 Jagerbataljons (36 en 47). Op de hoofden draagt men [2, 6, 7, 9, 10, 12 en 13] de sjako M1865 met de groene bol waarvan men [3 en 4] de emblemen (een lauwerkrans met daarin een hoorn) heeft afgehaald i.v.m. camouflage. Het is ook mogelijk dat ze in die tijd niet meer geleverd werden aan eenheden die de kepie kregen. De platte pet [1 en 8] behoorde bij het uniform van 1912, een grijsgroen uniform met groene jagerskraag en mouwopslagen. De linker figuur [1] draagt de jas die ingevoerd werd in 1905 en gedragen tot 1912. De twee rij knopen-jassen [2, 6, 10 en 13] werden gedragen van 1865 tot 1905. Allen zijn bewapend met het geweer M95 [zie ook hier]. De 2 onderofficieren, sergeanten van de Jagers met de kepies [5 en 11], zijn de instructeurs van het Regiment Jagers. Uw grootvader [8] was als sergeant de sectie-commandant."
Het is mij niet duidelijk waarom die oude uniformdelen ("gedragen tot resp. 1912 en 1905") op deze foto nog te zien zijn.
Uit zowel de loopbaanstaat als uit de beschrijving van het Legermuseum komt vast te staan dat Andreas na maart 1916 in het district 's-Gravenhage diende. De foto is overduidelijk in de duinen genomen. Na maart 1916 is Andreas slechts 4 dagen op herhalingsoefening geweest en wel van 30 juli tot 2 augustus 1917. In die paar dagen moet de foto dus genomen zijn!
Om uit te vinden wie er buiten Andreas nog meer op de foto staan heb ik een alfabetische lijst met namen gemaakt van alle soldaten en onderofficieren die in die korte periode op herhaling zijn geweest. Daarvoor heb ik de stamboeken in het Nationaal Archief ***(digitaal) geraadpleegd. Het zijn er bijna 160. En nu maar hopen dat de geportretteerden door latere familieleden herkend worden, al dan niet aan hand van de namenlijst. Mogelijk staan de 2 instructeurs niet op de lijst.
NB De handschriften in de stamboeken zijn niet altijd even goed leesbaar. Met name in de geboortedata kan hier of daar wel een tikfoutje geslopen zijn.
Mochten lezers van dit blog in staat zijn iemand te identificeren, dan graag een mailtje naar patmiebies at gmail dot com. Dan kan ik u de foto zonder de cijfers toesturen.
Noten
* Met dank aan Hans Leideritz
** 47 staat ook op de pet van 8.
*** 2.13.09 Inventaris van het archief van het Ministerie van Oorlog: Stamboeken van Onderofficieren en Minderen van de Landmacht, 1813-1924, inv. nrs. 2546-2551