Tuesday 4 December 2018

Still looking for Maria Johanna Francisca Schulze

Voor de Nederlandse tekst s.v.p. naar beneden scrollen.
Maria Johanna Francisca Schulze (without t) is the 4th great grandmother of our grandson Tobias. I wrote about her twice already. To cut a long story short, the main reasons for these blogs are first the circumstance that Maria disappeared after delivering her son Frans Schulze in Amsterdam on April 4, 1880. Reason number two is that I suspected a family relationship between Maria and her son on the one hand and the foster parents of Frans on the other.
The people that show up in the Amsterdam population registers as Frans' foster parents are the very same as the people where Maria moved in when she arrived in Holland. On Frans' birth certificate it says that she lived in Semarang in the Dutch East Indies. After giving birth to her son, Maria seems to have disappeared.

During further investigation I found a Maria Johanna Francisca Schultze (with a t) in Rotterdam. She had ties with the Dutch East Indies as well; it was recorded that she was born in Palembang on Sumatra on Oct. 1, 1865. That would make her a very young mother. If this is our Maria, then that would be food for the thought that she was forced to go (back?) to Holland so that she could have her child of out of sight of Indian prying eyes.
The Rotterdam Maria arrived there coming from a place called Heithuijsen in the Dutch province of Limburg. But there no further trace was found. After staying in Rotterdam from Oct. 5, 1887 until Nov. 30, 1889, she left again to an unknown destination.

To find out the presumed family relationship between Frans and his foster parents I looked up the ancestors of the latter couple. Their names are Gerrit Box and Hendrika Scheeffer. You'll find their ancestors in the earlier mentioned blogs. There are a few hopeful things in the Scheeffer family tree.
It turns out that the family name of Hendrika's mother is Schultze! And there are two ladies in the tree named Maria Francisca whereas the grandfather of Hendrika is named Johan. Also a number of family members lived in the Dutch East Indies.
All these facts indicated to me that family ties between foster mother Hendrika and foster son Frans were still possible. However, no trace of Maria here.
For my purpose the Box ancestors were not interesting at all.

The villa in Bussum that Frans inherited
(Source: Google)
Since I knew that Frans inherited Hendrika's impressive villa and that he was buried in Hendrika's grave (!), I decided to have a look at Hendrika's post mortem tax return and her last will.
I made a transcription of the tax return but it is in Dutch... In case you want to see it, it is in the Dutch section below. The picture below is the photographic reproduction of the first part of the return as it is archived in the regional archive North Holland.

First part of the tax return of the Hendrika Scheeffer legacy
(with my thanks to Hans L. for making this image legible)
The tax return was made up by foster son Frans Schulze. After his name he adds "(also written as Schultze)". Why he stipulates this remains unclear.
He also mentions that Hendrika passed away without leaving behind first degree relatives.
It becomes clear that Hendrika died as a reasonably well-to-do woman. The return shows a taxable inheritance of f 33.763 which today would be a value of close to € 420.000 (or over US$ 470,000).
To add to the confusion about surnames Schulze and Schultze, Frans says there is a last will drawn up a notary public named Schultz... For the time being I regard this as a coincidence.
However, the last will may shed some light on a possible family relationship.
Initially I thought I could find this will in Hendrika's place of residence Bussum. But since she made use of the services of an Amsterdam notary, that was the place to look for same. And indeed, the Amsterdam City Archive could make it available to me. Obviously this document is also in Dutch and shown hereafter. You'll find the transcription in the Dutch section.


Last will of Hendrika Scheeffer dated June 5, 1903

Also Hendrika's will does not suggest any family ties between herself and Frans. To the contrary, he is explicitly called 'foster son'.
So neither the tax return nor the will produces any clues as to the origin of Maria Johanna Francisca and her son Frans. For the time being their past remains in the dark and the quest continues.

De Nederlandse tekst begint hier
Maria Johanna Francisca Schulze (zonder t) is de oudgrootmoeder van onze kleinzoon Tobias. Ik heb in het verleden al twee blogs aan haar gewijd. Om een lang verhaal kort te maken, deze blogs gingen over het gegeven dat Maria van de aardbodem verdwenen lijkt te zijn nadat zij haar zoon Frans op 4 april 1880 in Amsterdam op de wereld zette. Ook over het vermoeden dat er mogelijk een familierelatie is tussen Maria en Frans aan de ene kant en de pleegouders van Frans aan de andere kant.
Het echtpaar dat in het Amsterdamse bevolkingsregister te boek staat als zijn pleegouders, zijn de zelfde mensen als die waarbij Maria introk toen zij vanuit Semarang in Ned. Indië in Nederland arriveerde. Daarna lijkt Maria verdwenen te zijn.

Tijdens mijn onderzoek vond ik wel een Maria Johanna Francisca Schultze (met een t) in Rotterdam. Ook zij heeft banden met Ned. Indië; ze zegt geboren te zijn op 1 oktober 1865 in Palembang op Sumatra. Als zij "mijn" Maria is, dan zou ze een wel erg jonge moeder zijn maar onmogelijk is het niet. Maar misschien was dat wel juist een reden om haar naar Holland te sturen. Een ongewenste zwangerschap van misschien een Indische man was toentertijd in Europese koloniale kringen bepaald geen geaccepteerd iets.
De Rotterdamse Maria arriveert in de Maasstad komend uit het Limburgse Heithuijsen. Daar bevinden zich in die tijd wel twee tehuizen voor meisjes maar daar is verder niets over te vinden. Nadat ze van 5 okt. 1887 tot 30 nov. 1889 in Rotterdam heeft verbleven, wordt ze ambtshalve uitgeschreven naar een onbekende bestemming. 

Om te zien of er enige verwantschap is tussen Frans en zijn pleegouders, heb ik gezocht naar de voorouders van het echtpaar. Hun namen zijn Gerrit Box en Hendrika Scheeffer. Bij de voorouders van Gerrit heb ik niets van interesse gevonden. Bij die van Hendrika wel. Haar voorouders staan in de eerder genoemde blogs. Het eerste dat opvalt is dat de familienaam van de moeder van Hendrika is Schultze (met een t)! Ook Maria's voornamen komen daar voor. Er is een Maria Francisca en een grootvader van Hendrika heet Johan. Daarnaast zijn er nogal wat familieleden met een geschiedenis in Ned. Indië. Familiebanden tussen Frans en Hendrika zouden er dus nog steeds kunnen zijn maar van Maria zelf geen spoor.

Omdat mij bekend is dat Frans een indrukwekkende villa aan de Gooilaan in Bussum van Hendrika heeft geërfd én dat hij begraven is in hetzelfde graf waar Hendrika rust, leek het mij goed om de Memorie van Aangifte van Hendrika's nalatenschap in te zien. Misschien dat daarin een aanwijzing zou staan voor de veronderstelde familierelatie. Deze memorie dient als grondslag voor te betalen successierechten. Hieronder een afbeelding van het begin van de memorie en verderop de transcriptie van het geheel.

Eerste deel van belastingaangifte van de nalatenschap van Hendrika Scheeffer
(met dank aan Hans L. voor het leesbaar maken van deze microfiche foto)
De aangifte is gedaan door pleegzoon Frans Schulze. Na zijn achternaam voegt hij toe: (zich schrijvende Schultze)! Waarom hij dit zo opschrijft is niet duidelijk.
Hij verklaart ook dat Hendrika geen bloedverwanten in de rechte lijn heeft. Tevens wordt duidelijk dat Hendrika een redelijk gefortuneerde vrouw is geweest. De grondslag voor deze belasting bedraagt f 33.763. Vandaag zou dat tegen de € 420.000 zijn.
Om de verwarring rond de namen Schulze en Schultze nog iets groter te maken, zegt Frans nog dat er een testament is opgemaakt door de Amsterdamse notaris B.H. Schultz... Maar dat zal wel toeval zijn.
Hieronder de transcriptie van de Memorie van Aangifte.

reg IV 6/3597             Memorie van Aangifte
                                    der nalatenschap van
Vergeleken                 Mej. └Hendrika Scheeffer,
met                              wede vd heer Gerrit Box,
                                    overleden te Bussum, aan
                                    de Gooilaan no. 4, den
                                    10 Augustus 1904.
└ volgens reg IV
Hendrina
                                         -------------
Ondergetekende Frans Schulze (zich schrijvende
Schultze), wonende te Bussum, Gooilaan 4,
domicilie kiezende ten sterfhuize van na te noemen
overledene

verklaart
· dat op 10 Augustus 1904, te Bussum, Gooilaan 4,
hare laatste woonplaats, is overleden:
Mej. Hendrika Scheeffer, weduwe van den
Heer Gerrit Box.
· dat de erflaatster is overleden zonder achterlating
van bloedverwanten in de rechte linie, na bij testament
dd. 5 Juni 1903 voor nots B.H. Schultz alhier verleden, te
hebben gelegateerd: aan de wettige kinderen van wijlen haar
broeder Adolf Stanislaus Scheeffer en bij vooroverlijden
van een of meer hunner de wettige afstammelingen van [...]
bij plaatsvervulling, en die ontbrekende de langstlevende
voor het geheel, te zamen de som van f 10.000.- (tien duizend
gulden), terwijl zij bij hetzelfde testament heeft benoemd
onder den last tot uitkeering van voorschreven legaat
tot haren eenigen erfgenaam, hem [?] aangever, niet met de
erflaatster verwant. Gemeld legaat is gemeld vrij van rechten en lasten [?]
· dat genoemde Heer Adolf Stanislaus Scheeffer geen
andere kinderen heeft gehad dan: Jeanne, Henri en Karel
Scheeffer, wonende te Blitar (N.O. Indië) welke alle drie kinderen [?]
van het overlijden der erflaatster in leven waren.
· dat de erflaatster tot hare wettelijke erfgenamen [........]
hebben nagelaten: haren broeder Hein Scheeffer te Deventer [...]
en de drie genoemde kinderen van haren vooroverleden broeder
Adolf Stanislaus Scheeffer, [vo.........voor 1/3 ok] elk voor 1/6
· dat de nalatenschap der erflaatster ten dage van
haar overlijden bestond uit:
Actief
· Lichamelijk roerend goed, door den aangever ten
dage van het overlijden geschat op                                       f 1500.-
· vier huizen en erven te Amsterdam
aan de Marnixstraat no. 207, 209, 211 en
213, kadastraal aldaar bekend in sectie L
no. 1642, 1643, 1644 en 1645 ter gezamen-
lijke grootte van 3.66 Aren.
· twee huizen en erven te Bussum aan
de Gooilaan no. 4 en 4a, kadastraal
aldaar bekend in sectie A no. 6138 ter
grootte van 5.04 Aren.
welk onroerend goed door den aan-
gever naar de verkoopwaarde ten
dage van het overlijden wordt ge-
schat op                                                                                 f 51500.-
· Een hypothecaire vordering
ten laste Hendrik Karel Scheeffer
te 's Gravenhage, groot                                                          f 1500.-
rentende een Juni en een December
4½%, blijkens acte 3 Decr 1897 voor nots
H.J. Neve te 's Gravenhage verleden,
met renten sedert 1 Juni 1904                                               f 13,12
· Eene onderhandsche vordering, ten laste de
echtelieden P. van Dijk en J.S. van Dijk-Fonel [?]
te Amsterdam, groot nominaal twee honderd
gulden, ten gevolge van mindere gegoedheid
van debiteuren, door den aangever geschat op                     nihil
Loopende rente ad 5%, wordt alsvoor                                  nihil
· Eene [?] vordering op de spaarbank voor de
stad Amsterdam, ten name van de over-
ledene, groot                                                                          f 500.-
met rente sedert 1 Januari 1904 ad 2,64%                            f 8,0?
contanten                                                                               [......]
totaal actief                                                                            [......]

Passief
· Aan den Heer J.J. Helleganger te Amsterdam
wegens op 30 Decr 1887 geleende gelden eene
som van                                                                                 f 10000.-
blijkens acte van schuldbekentenis met
hypotheekstelling 30 Decr 1887 voor
nots J.G. Pouw jr te Amsterdam verleden
rente 4½%, verschijndagen 1 Januari
en 1 Juli.
· Aan den Heer D. Held te Amsterdam
wegens op 30 Decr 1887 geleende gelden
eene som van, oorspronkelijk groot
f 12000.-, thans per resto bedragende
rente 4½% verschijndagen 28 Juni
en 28 December,
blijkens acte van schuldbekentenis
met hypotheekstelling 30 December
1887 voor genoemden notaris
Pouw verleden.
· Aan Mevrouw Katrijna Elisabeth
Petronella Mieremet, weduwe
van de Heer D. Held, te Amsterdam,
wegens op 27 Juni 1903[voor
notaris B.H. Schultz te Amster-
dam verleden geleende gelden, eene
som van                                                                                 f 6000.-
rente 4¼% verschijndagen 20
Juni en 20 December,
blijkens acte van schuldbekentenis
met hypotheekstelling 27 Juni 1903
voor notaris B.H. Schultz
te Amsterdam verleden.
· Met lopende renten van
voorschreven schulden sinds
de laatste verschijndagen
tot den sterfdag der overledene                                             f 112,19
De begrafeniskosten
der overledene hebben
bedragen                                                                                f 342,50
            totaal passief                                                              f 21454,69
            zuiver saldo                                                                f 33763.-
· dat het hem niet gebleken is, dat de
hiervoor onder het passief vermelde acten
werden opgemaakt om de betaling van
successie-rechten te ontgaan.
en dat de overledene geene goederen
als bezwaarde erfgename of in vruchtge-
bruik bezat en door haar overlijden geen
periodieke uitkeeringen bij opvolging
zijn overgegaan of vervallen.
Doorhalingen op de eerste (└ ) en tweede ([)
bladzijde goedgekeurd evenals de bijvoeging
op de tweede bladzijde der drie woorden
"de erven van."

Bussum 8 September 1904.

w.g. F. Schultze

NB De Ontvanger concludeert dat in totaal een
bedrag van f 3006,30 verschuldigd is.
De nota (aanslag) is verzonden in febr. 1905.
Het bedrag is betaald op 13 juli 1905.

Bron: Noord Hollands Archief Memorie van Successie Kantoor Hilversum 1903 nr. 6/1772 t/m 1905 nr. 6/4620 Reg 4 no 6/3597

Frans noemt het bestaan van een testament. Ook daarin zou nog sprake kunnen zijn van familebetrekkingen. Aanvankelijk dacht ik het testament te kunnen vinden in Bussum, de plaats waar Hendrika woonde. Maar dat bleek niet het geval. Omdat zij een Amsterdamse notaris had ingeschakeld, moest ook daar gezocht worden. En inderdaad, het testament was te vinden in het Amsterdamse Stadsarchief.
Het originele testament bent u hierboven al tegengekomen, de transcriptie ervan staat hieronder.

Testament
Op heden den vijfden Juni negentienhonderddrie
compareerde voor mij Bartholomeus Hendrik Schultz,
notaris te Amsterdam in tegenwoordigheid der na te noemen
getuigen:
Mejuffrouw Hendrika Scheeffer zonder beroep,
weduwe van den heer Gerrit Box, wonende te Amster-
dam aan de Bloemgracht 182
De comparante, mij notaris bekend, verklaarde
genegen te zijn over hare na te laten goederen bij uitersten
wil te beschikken en dienevolgens eerst en vooraf te her-
roepen alle voor deze gemaakte uiterste wilsbe-
schikkingen geen uitgezonderd
.... bij deze opnieuw beschikkende, zoo verklaarde
de testatrice vooreerst vrij van alle rechten en kosten te le-
gateeren aan de wettige kinderen van wijlen haren broe-
der Adolf Stanislaus Scheeffer en bij vóóroverlijden
van een of meer hunner de wettige afstammelingen van
ieder bij plaatsvervulling, en die ontbrekende de langstleven-
den voor het geheel, te samen de som van Tien Dui-
zend gulden in contanten.
Voorts verklaarde de testatrice onder den last tot
uitkeering van voormeld legaat tot haren eenigen erf-
genaam te benoemen haren pleegzoon Frans Schul-
ze zich schrijvende Schultze geboren te Amsterdam
den vierden April achttienhonderd tachtig.
Eindelijk Vorenstaand testatament door de testatrice
aan mij notaris buiten de tegenwoordigheid der getuigen
........ zakelijk opgegeven zijnde, heb ik het doen schrijven
en heeft de testatrice alom alvorens de voorlezing daarvan
is geschied, haren wil nader zakelijk aan mij notaris
in tegenwoordigheid der getuigen opgegeven, waarna
in tegenwoordigheid der getuigen voorenstaande uiterste
wil door mij notaris aan de testatrice is voorgelezen en
na die voorlezing door mij notaris aan de testatrice in
het bijzijn der getuigen is afgevraagd of het voorgele-
zene haar uiterste wil bevat hetwel door haar toe-
stemmend is beantwoord.
Doorgehaald op de eerste bladzijde: een woord in regel
zes en twintig.
Waarvan akte, opgemaakt in minuut, is verleden
te Amsterdam ten .... voormeld in tegenwoordig-
heid der heeren Petrus Christiaan Carstensen
kantoorbediende en Hermanus Albrecht, zon-
der beroep, beiden wonende te Amsterdam
als getuigen.
De voorlezing van alles in deze akte door de comparante
de getuigen en mij notaris onmiddellijk
onderteekend.
W.g. Wed. G. Box Scheeffer
            P.C. Carstensen
            H. Albrecht
            B.H. Schultz Not
Geregistreerd te Amsterdam, den negen en twintigsten Augustus
1900 vier deel 234, folie 111 recto
vak 4; een blad geen renvooi
Ontvangen voor recht drie gulden zestig cent..
f 3,60
            De Ontvanger B.A. No. 2
                                    Heue

U zult gezien hebben dat ook het testament niets onthult over de veronderstelde familiebanden tussen Frans en Hendrika. Integendeel, Frans wordt nadrukkelijk 'pleegzoon' genoemd. De herkomst van Maria blijft dus duister en evenzo waar zij uiteindelijk terecht is gekomen. De zoektocht gaat door!

Frans Schulze (1880-1952)

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...