Showing posts with label Valkenburg. Show all posts
Showing posts with label Valkenburg. Show all posts

Tuesday, 8 January 2019

Soldaat van Onstwedde

Willem Simon Venema
Vliegkamp Valkenburg is sinds oktober 2010 het toneel van de musical Soldaat van Oranje, een geromantiseerd oorlogsverhaal met een voor de hoofdpersoon happy end. Zo mooi is het daar in een wat verder verleden niet iedereen vergaan.
In de aanloop naar de 2e wereldoorlog werd, op papier althans, regeringszetel Den Haag door drie militaire vliegvelden beschermd: Ypenburg, Ockenburg en Valkenburg. Daarvan was Ypenburg veruit het best geoutilleerde veld en Valkenburg het minst. Valkenburg was aan het begin van de oorlog nog niet eens "af". Het had de kroon moeten worden op een eind jaren '30 gestart werkgelegenheidsproject. Ook het Amsterdamsche Bosch was zo ontstaan maar daar hoefden geen vliegtuigen te landen. Op Valkenburg was dat wel de bedoeling maar bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei was dat nog niet mogelijk. Hoewel, landen kon wel maar de grond was nog zo drassig dat opstijgen niet goed mogelijk was, zoals de Duitsers tot hun schade hebben ervaren. Maar voordat ze die ervaring rijk waren, was Valkenburg deel van de Duitse plannen om Den Haag, lees Koningin en regering, zo spoedig mogelijk onder de voet te lopen. Ook in de Nederlandse plannen moest Valkenburg verdedigd worden. Daarom waren er rond het vliegveld, o.m. in de dorpen Katwijk, Noordwijk en Valkenburg, militairen gelegerd.

Geadresseerd aan H. Venema, Kockstraat 81, Den Haag
Tijdens de mobilisatie, eind augustus 1939, werden zo'n duizend Groningse dienstplichtigen als infanterist ingekwartierd in het Noord-Hollandse Bergen aan Zee. Ze behoorden toen tot het 12e Depotbataljon (in opleiding). Onder hen een 19-jarige achterneef van mijn schoonmoeder Trijntje Sibbeltje Venema. Zijn naam was Willem Simon Venema, geboren op 18 april 1920 in Onstwedde. Op 10 november 1939 schrijft hij een kaart aan Homme Venema, zijn achteroom en de vader van mijn schoonmoeder. Homme is dan al uit Groningen naar Den Haag vertrokken, daar was tenminste werk. Willem schrijft dat hij deel is van de 1e depotcompagnie van het Ie depotbataljon van het IIIe depotregiment (?) Infanterie. In militair jargon zou dat dan 1-I-3 R.I. geweest kunnen zijn.
Willem schrijft:
Beste familie,
Ik ben onder dienst, en
lig in het plaatsje
Bergen (N.H.) dus
niet zoo heel ver meer 
van U af en doe U
hierbij de hartelijke
groeten van mij Stadskanaal
en mij.
Ie Depot Bataljon
Ie Depot Compagnie
IIIe Depot Infanterie
Veldpost

De toevoeging 'Veldpost' maakte het mogelijk deze kaart zonder postzegel te versturen. De voorzijde van de kaart maakt duidelijk dat we hier met een soort legerpropaganda te maken hebben. Het gebruik van het woord 'Weermacht' doet wel wat Germaans aan.


Op zeker moment voor de Duitse inval op 10 mei 1940, zijn de inmiddels opgeleide (?) dienstplichtigen uit Bergen via Haarlem overgebracht naar Noordwijk. Daar maken zij deel uit van het 9e regiment infanterie. Willem en tenminste nog vier Groningers worden deel van 1-I-9 R.I.
Op 12 mei was de situatie zo dat een sterke Duitse strijdmacht na de herovering van het vliegveld in het dorp Valkenburg was ingesloten. Na zware gevechten kregen twee compagniën van I-9 R.I. opdracht om Valkenburg aan te vallen. Eén vanuit Katwijk a/d Rijn, de ander vanuit weilanden ten westen van Valkenburg. Bij deze gevechten is Willem om het leven gekomen. Kort daarna heeft hij zijn eerste rustplaats gevonden in een graf aan de Cantineweg in Katwijk a/d Rijn. Naast Willem zijn vermoedelijk bij de zelfde aanval ook de Groningers sergt. Couperus (Wonseradeel), korp. Fennema (Dantumadeel) en de soldaten Gankema (Appingedam) en Koning (Hoogezand) gesneuveld.


Pas tien dagen na zijn overlijden, wordt de familie hierover in kennis gesteld. Katwijk aan Zee als plaats van overlijden, berust waarschijnlijk op een misverstand. Maar hemelsbreed is Katwijk a/d Rijn niet ver weg. Op 9 augustus 1940 wordt de overlijdensakte in zijn geboorteplaats Onstwedde opgemaakt.

Akte van overlijden d.d. 9-8-1940
Willem's naam staat ook genoemd op de Erelijst van Gevallenen 1940-1945.


Willem is herbegraven op de Gemeentelijke Begraafplaats aan de Brugstraat in Stadskanaal. Daar ligt hij naast zijn vader en moeder die daar in resp. 1963 en 1983 begraven zijn. Zijn jongste zusje Kiny verzorgt nog steeds zijn graf en voorziet ook de graven van twee Canadezen van de R.C.A.F., sergt. G.E.C. Coldron (22) en flt. sergt. R. Grabek (21), van bloemen.

Graves of R.C.A.F. crew members


Bronnen:
Bergense Kroniek, nov. 2007
http://www.mei1940.nl
E.H. Brongers De slag om de Residentie 1940
https://oorlogsgravenstichting.nl/
http://www.oorlogsgravendenhaag.com
https://www.wiewaswie.nl/
Privé collectie (foto en ansichtkaart)
Foto oorlogsgraven R.C.A.F.: https://www.online-begraafplaatsen.nl/

Wednesday, 26 October 2011

Kasteel TerWorm


Ik durf er wel wat onder te verwedden dat wan-neer mensen aan een Van der Valk-hotel denken, ze niet zo iets als Kasteel TerWorm in Heerlen voor de geest staat. Om te be-ginnen is er in het hele complex(je) geen toekan te bekennen. Ook moet men het daar stellen zonder de gebruikelijke, over-volle parkeerplaats die als een soort omsingeling de ‘echte’ vdV’s sieren. Zie bv. Akersloot. Het uit de 14e eeuw daterende kasteeltje ademt slechts rust uit. Dit ondanks het gegeven dat het ligt ingeklemd tussen de A76 en N281. Maar daar merk je echt niets van, hooguit van de plaatselijke reiger die nog wel eens een krijs wil loslaten vanaf het dak van een bijgebouw. Vroeger zag je zo’n dier nog wel eens in een weiland maar die tijden liggen kennelijk ook achter ons.

Kasteel TerWorm bij Heerlen
 Lang voordat de Oranje Nassau Mijn recht onder het kasteel naar kolen zocht, woonden er graven en baronnen op TerWorm. Niet allemaal (bij mij) zeer bekende namen (Graaf Vincent van der Heyden-Belderbusch, Baron François de Loë) maar toch wel, waarschijnlijk mede dank zij hun pachters, welgestelde families. De baron heeft tenminste nog een rococotuintje aan laten leggen met afmetingen waar de dorpsvoetbalclub ruim tevreden mee geweest zou zijn. De olifant zo te zien ook. Na zijn (de baron) overlijden in 1938 kwam het geheel in bezit van de eerder genoemde mijn. Na de mijn-sluitingen in de zeventiger jaren kreeg men het lumineuze idee er een pret-park te vestigen maar dat zagen de Heerlenaren niet zo zitten. Die waren te zeer gehecht aan het ook daar gelegen openluchtzwembad. Uiteindelijk is het kasteel eind negentiger jaren geheel gerenoveerd en heeft het nu de status van zowel gemeentelijk als provinciaal monument. Het wordt door telgen van de familie Van der Valk op aangename wijze geëxploiteerd. Het verblijf was in ieder geval zeer genoegelijk, het restaurant prima en de kamers van voldoende resp. ruim voldoende afmeting.
Leuk beestje voor een
mij bekende
olifantenspaarster
Als genealoog deed het mij goed om in een kamer met een dubbele naam  te mogen slapen. In die ambiance heet dat natuurlijk niet ‘kamer 12’ maar de ‘Herman van Mulcken van Gheisbach-kamer’. Beide namen hebben in de geschiedenis van Heerlen een rol gespeeld maar ik heb niet kunnen vinden dat één persoon (Herman) beide namen gedragen heeft. Dan klopt het dus wel dat het een tweepersoonskamer was.
Kamer 12

Ook door het bijzon-der fraaie weer, een aantal mooie ritjes kunnen maken. Dit mede dank zij navigator J. die nooit te be-roerd is om een aantal detailkaarten te bagageren. Zo kwamen wij o.a. langs de alom zichtbare kerk van Vijlen, het tenminste net zo goede hotel ‘Het Gulpdal’ te Slenaken (“Smakelijk”), de nog immer braakliggende grond in Valkenburg waar vroeger hotel de ‘Schaepkens van St. Fijt’ van de fam. Stevens huisde, kasteel Hoensbroek met zandsculpturen en een sfeervolle Diepstraat + terras in Eijsden. Kort en goed, het Limburgse heuvellandschap komt ons vanaf heden bekend voor.

Het inmiddels gesloopte hotel Schaepkens van
 St. Fijt in Valkenburg

De Diepstraat in Eijsden
Waar de heenweg nog noodgedwongen via Arnhem en Nijmegen moest worden afgelegd, kon de terugweg linea recta via Eindhoven-Den Bosch-Utrecht plaats-vinden. Na 2,5 uur mochten we de eigen brievenbus weer legen waarin de verrassende 
mededeling van het Ministerie van Defensie dat mijn vader twee jaar eerder is overleden dan de collega’s van de Gemeente Apeldoorn in 1945 in de annalen van de Burgerlijke Stand genoteerd hebben. Maar daarover meer in een volgende blogpost.

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...