Het belangrijkste van die avonden waren de gedichten. Een beetje Miebies kan meer dan een beetje dichten. Mijn vader had op dat vlak een goede naam. Er zijn ook wel wat rijmen van hem bewaard gebleven. Maar die heb ik hem helaas nooit horen voorlezen. Wel van de aanwezige ooms. Alhoewel de avond immer in het teken van de vergelding stond, waren binnen dat kader nog wel gradaties aan te brengen. Oom Kees kon wel op "gevoelige" wijze iemands doopceel lichten maar je moest wel even de tijd nemen om het allemaal aan te horen. Hij was geen snelle voorlezer. Oom Bart was de man van de grove kleun. Als hij je getrokken had, bleef er zo goed als niets van je over. Het gebrek aan fijnbesnaardheid, dat deze anderszins voorbeel-dige familieleden tentoonspreidden, werd doorgaans meer dan gecompen-seerd door oom Piet. Dat was echt een dichtfenomeen. Hij had het vermogen om je met veel gevoel de grond in te boren. Toch was dat niet wat bij mij het meest is blijven hangen. Dat waren zijn meer literaire uitingen. Ik herinner me een pagina's lang gedicht, naar ik meen getiteld Opera Sinterklaas. Ik heb me daar tranen om gelachen. Niet dat ik altijd om literatuur moet lachen maar dit was èn goed èn humoristisch.
Tot slot een gedicht van genoemde oom Piet. Hierbij moet bedacht worden dat hij dat twee minuten voor het feitelijk begin van pakjesavond even op-schreef op basis van een warrig verhaal dat mijn broer en ik hem vertelden over een tafeltennisbatje. Wij hadden daarover of daarmee een grap in petto voor iemand, maar nog geen gedicht. En dat, zo hadden we bedacht, kon oom Piet nog wel even maken. Daarop schudde hij dit even uit z'n mouw:
Hieronder de transcriptie.
't Is een gecompliceerde zaak
Waarvan ik haast de kluts kwijt raak
Ik gaf een tennisbat aan Jan,
Maar hij had er al één van
Dus pakte ik de zijne maar
Want die andere was nog niet klaar
Die moest hij geloof ik nog gaan halen,
En dan zou ik het wel betalen
Maar nou zit het in dit pak
Wie stak dat nou in deze zak?
Geef ik dit nou?
Of wacht eens even,
'k Heb het strakjes al gegeven
Dat andere is nog niet betaald
Wie heeft dit nou opgehaald
Of is dit pas de eerste keer
Verrek, krijg nou het heen en weer
Hier is je batje tot besluit
En zoek het verder zelf maar uit.
Sint
Gelukkig is de traditie van sinterklaasavond vieren en rijmen maken binnen ons deel van de familie, niet verloren gegaan. En wat nog leuker is, is dat ook een aantal kleinkinderen zich niet onbetuigd laat. Het DNA kruipt dus waar het gaan moet.
Maar ook de aangetrouwden dragen hun steentje bij aan de dichterlijke uitingen. En zo worden de kleinkinderen van twee kanten van poëtische genen voorzien. Daar hopen we dus nog een heleboel lol van te hebben.
Net je Sintblog gelezen. Dat roept een heleboel herinneringen op.
ReplyDeleteJan kon (kan) ook goed dichten, ze liepen als een trein. Hij schudde het alleen niet zo uit zijn mouw, maar zwoegde erop.
Zo kan ik een zin herinneren uit een gedicht voor om Kees: Wie eenmaal hem zijn oor leent, ziet het eerdaags niet meer terug.
Verder had oom Piet ieder jaar als extraatje, zo herinner ik mij, een gedicht voor nicht Evelien, juweeltjes zoals bijna al zijn rijmen.
En kunnen jullie je nog herinneren dat bij het lootjestrekken zo gesjoemeld werd dat tante Ada uiteindelijk, iedereen gooide haar steeds terug, maar zichzelf heeft gehouden en daar een treffend gedicht op heeft gemaakt?
Zeer genant, maar wel goed van haar.
En zo heeft die blog nog veel meer herinneringen aan de Sinterklaasavonden van de fam. Miebies opgeroepen.
Albert mailde op 5 december 2011 de volgende reactie.
ReplyDeleteHa Peter
bedankt voor je leuke pakjesavond-blog. Daar hebben wij natuurlijk ook de nodige goede herinneringen aan. Mij schoten tijdens het lezen van je blog diverse flarden uit het rijke werk van oom Piet te binnen: Uit de opera:
"Pooiers hoeren heilsoldaten alles dromt nu door de straten" en "... uit Made staat zingend op de barricade, het meisjeskoor uit Etten loopt te smijten met kadetten". Of over de woning van oom Kees op Strangeduin "hij heeft de hele tent met gobelins behangen en.... staan de palmen in de gangen". Een gedicht, ik denk voorgelezen in Amstelveen aan de Rembrandlaan [lees: Rembrandtweg. Peter], over mijn studie waarbij ik zou leren precies uit te rekenen hoeveel erwtjes er in een blikje gaan beëindigde hij met: "Nou ja Ap is best een leuke knul, maar zijn vader da's een lul!"
In de cc staat ook nicht E, zij vindt het ook leuk je blog te lezen en zij was het (niet nicht M!) die jarenlang een "kunstwerk" kreeg op Pakjesavond. [Is inmiddels gecorrigeerd. Peter]
Die kunstweken zijn niet meer, J. heeft nog veel onderdelen kunnen gebruiken bij allerhande reparaties en de rest is in de vuilnisbak verdwenen. Maar de gedichten liggen nog altijd in de kluis bij J. & E. en zijn dus na te lezen.
En dan nog een laatste ontboezeming, het zal best zijn dat mijn vader in eerder jaren in zijn gedichten de grove rasp hanteerde, maar ik herinner me alleen dat jij (en dan vooral je gedichten!) in ons gezin werd gezien als de man van de botte bijl. Maar ja, ik kan me natuurlijk ook vergissen, tot de volgende blog
groet
Albert