Wednesday 26 October 2011

Kasteel TerWorm


Ik durf er wel wat onder te verwedden dat wan-neer mensen aan een Van der Valk-hotel denken, ze niet zo iets als Kasteel TerWorm in Heerlen voor de geest staat. Om te be-ginnen is er in het hele complex(je) geen toekan te bekennen. Ook moet men het daar stellen zonder de gebruikelijke, over-volle parkeerplaats die als een soort omsingeling de ‘echte’ vdV’s sieren. Zie bv. Akersloot. Het uit de 14e eeuw daterende kasteeltje ademt slechts rust uit. Dit ondanks het gegeven dat het ligt ingeklemd tussen de A76 en N281. Maar daar merk je echt niets van, hooguit van de plaatselijke reiger die nog wel eens een krijs wil loslaten vanaf het dak van een bijgebouw. Vroeger zag je zo’n dier nog wel eens in een weiland maar die tijden liggen kennelijk ook achter ons.

Kasteel TerWorm bij Heerlen
 Lang voordat de Oranje Nassau Mijn recht onder het kasteel naar kolen zocht, woonden er graven en baronnen op TerWorm. Niet allemaal (bij mij) zeer bekende namen (Graaf Vincent van der Heyden-Belderbusch, Baron François de Loë) maar toch wel, waarschijnlijk mede dank zij hun pachters, welgestelde families. De baron heeft tenminste nog een rococotuintje aan laten leggen met afmetingen waar de dorpsvoetbalclub ruim tevreden mee geweest zou zijn. De olifant zo te zien ook. Na zijn (de baron) overlijden in 1938 kwam het geheel in bezit van de eerder genoemde mijn. Na de mijn-sluitingen in de zeventiger jaren kreeg men het lumineuze idee er een pret-park te vestigen maar dat zagen de Heerlenaren niet zo zitten. Die waren te zeer gehecht aan het ook daar gelegen openluchtzwembad. Uiteindelijk is het kasteel eind negentiger jaren geheel gerenoveerd en heeft het nu de status van zowel gemeentelijk als provinciaal monument. Het wordt door telgen van de familie Van der Valk op aangename wijze geëxploiteerd. Het verblijf was in ieder geval zeer genoegelijk, het restaurant prima en de kamers van voldoende resp. ruim voldoende afmeting.
Leuk beestje voor een
mij bekende
olifantenspaarster
Als genealoog deed het mij goed om in een kamer met een dubbele naam  te mogen slapen. In die ambiance heet dat natuurlijk niet ‘kamer 12’ maar de ‘Herman van Mulcken van Gheisbach-kamer’. Beide namen hebben in de geschiedenis van Heerlen een rol gespeeld maar ik heb niet kunnen vinden dat één persoon (Herman) beide namen gedragen heeft. Dan klopt het dus wel dat het een tweepersoonskamer was.
Kamer 12

Ook door het bijzon-der fraaie weer, een aantal mooie ritjes kunnen maken. Dit mede dank zij navigator J. die nooit te be-roerd is om een aantal detailkaarten te bagageren. Zo kwamen wij o.a. langs de alom zichtbare kerk van Vijlen, het tenminste net zo goede hotel ‘Het Gulpdal’ te Slenaken (“Smakelijk”), de nog immer braakliggende grond in Valkenburg waar vroeger hotel de ‘Schaepkens van St. Fijt’ van de fam. Stevens huisde, kasteel Hoensbroek met zandsculpturen en een sfeervolle Diepstraat + terras in Eijsden. Kort en goed, het Limburgse heuvellandschap komt ons vanaf heden bekend voor.

Het inmiddels gesloopte hotel Schaepkens van
 St. Fijt in Valkenburg

De Diepstraat in Eijsden
Waar de heenweg nog noodgedwongen via Arnhem en Nijmegen moest worden afgelegd, kon de terugweg linea recta via Eindhoven-Den Bosch-Utrecht plaats-vinden. Na 2,5 uur mochten we de eigen brievenbus weer legen waarin de verrassende 
mededeling van het Ministerie van Defensie dat mijn vader twee jaar eerder is overleden dan de collega’s van de Gemeente Apeldoorn in 1945 in de annalen van de Burgerlijke Stand genoteerd hebben. Maar daarover meer in een volgende blogpost.

2 comments:

  1. Kom maar op met die olifant!
    Joke

    ReplyDelete
  2. 'k Heb het nog aan 'm gevraagd maar hij wilde geen huiskamerolifantje worden...

    ReplyDelete

All comments will be moderated before being published...

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...